Casa Batlló
De eigenaars woonden op de eerste verdieping en hadden een aparte toegang. Zij keken door de ramen naar zuilen die op botten lijken van een skelet. Tussen de botten is het alsof er begroeiing is wat symbolisch staat voor dood (skelet) en leven (groei). Zoals in andere huizen heeft Gaudi hier ook veel aandacht geschonken om daglicht en luchtventilatie zo veel mogelijk door te laten.
Koop je ticket vooraf met videoguide.
OF koop een ticket zonder wachttijden: Fast Pass Ticket, meer info.
Wat moet je gezien hebben?
- De gebroken tegels (trencadis) van glas brengen behalve kleur ook speciaal licht tot stand door de intensiteit van het zonlicht. Nog opvallend aan de voorgevel zijn de keramieken schijven. Een techniek van gebakken klei en glazuur werd hiervoor gebruikt.
- Onder de ramen waarop de botten en de balustrades rusten, zijn kronkelende vormen gesculpteerd uit zandsteen.
- Vind je ook niet dat het gietijzeren hekwerk op de balkons wat doen denken aan carnavalmaskers?
De dakbedekking bestaat deels uit schubben van keramiek.
- De uivormige toren met bovenaan een vierarmig kruis.
- Heel erg speciaal zijn de lichtkokers die je in het trappenhuis aantreft. Onderaan hebben de ramen een iets groter formaat dan de bovenste, opnieuw om optimaal gebruik te maken van het binnenvallende daglicht. De blauw-witte kleuren van de tegels hebben niet overal dezelfde tinten. Boven felblauw en wit, onderin zacht en bijna grijs. Bovendien zijn er zowel vlakke als tegels met reliëf.
- Ook het meubilair is door Gaudi bedacht: deuren, fauteuils, tafels, … Zelfs het stoere eikenhout van ergonomisch gevormde stoelen lijkt te leven nadat het door Gaudi’s timmerlieden is bewerkt. De ramen van het salon zijn bewerkt met kleurmotieven met glas in lood. En de kachel vormt bijna één geheel met de muur.
- De zolder heeft witgekleurde gewelven in parabole vormen.
- Op het dak zie je nog enkele sculpturen (bollen, pijlers, …) afgewerkt met keramiek. Je komt nu ook dicht bij de ajuintoren en kan je enkele monogrammen zien. JHS staat voor Jezus, JHP voor Jozef en M voor Maria.
- De achtergevel heeft grote balkons met het ijzerwerk lijkend op vlechtwerk wat het optisch lichter maakt. De gebroken tegelstukken vind je eveneens hier terug. Let ook op de kleurrijke plantenbakken.
Casa Vicens
Dit is het eerste grote gebouw dat Gaudi ontwierp. Er is vijf jaar aan gebouwd (1883-1888). De tegelfabrikant Manuel Vicens i Montaner gaf de opdracht aan de toen nog piepjonge Gaudi met de bedoeling er een zomerverblijf van te maken. Onderin overheerst een traditionele Spaanse stijl terwijl het bovenste deel duidelijk kenmerken heeft van de mudejarstijl, de bekende mix van oosterse (moslim) en westerse kunstvormen. Het is eigendom van een bankinstelling uit Andorra. Pas sinds 2017 na een restauratie is het opnieuw te bezichtigen. Je vindt het in de Carrer de les Carolines.
Gaudi liet zich fel inspireren door de natuur. Je ziet heel wat natuurelementen (planten, bloemen, vogels, …) zowel binnen als op de buitengevel. Getuige daarvan langs de buitenzijde zijn het smeedijzeren hek met de cirkels versierd met palmbladeren. De bezetting met kleurrijke keramiek toont voornamelijk oranje Afrikaantjes. De reden voor deze laatste moet gezocht worden in de grote hoeveelheden Afrikaantjes die hier groeiden op het moment dat Gaudi de bouwwerken gadesloeg. Ook binnen is de natuur het hoofdkenmerk met fladderende vogels en planten. Het plafond op de eerste verdieping is een prachtig staaltje van trompe l’oeil van vliegende vogels in de blauwe lucht. De rookkamer toont heel goed de oosterse invloed van die tijd.
Wat opvalt, zeker als je de andere huizen al zou gezien hebben, is de rechtlijnigheid. Hier nog geen gebogen, bewegende vormen die Gaudi later veelvuldig zou gebruiken. Al zijn er wel al uitspringende erkers en vormen, bedacht hij een aparte manier om hoeken van het gebouw vorm te geven, enz. De buitengevel bestaat uit baksteen en natuursteen.
Tussen 1924 en 1925 werd het huis verbouwd wat een verklaring is voor de mix van stijlen.