Bastia is een drukke stad en het is er bovendien niet zo eenvoudig om er zich te oriënteren. Daarom ga je het best eerst naar het Office de Tourisme en koop je daar een stadsplan. Je bevindt je dan op het Place Saint-Nicolas met zicht op zee en de obligate horecazaken. Wandel langs de zeekant naar het centrum toe.
Je bent nu in Terra Vecchia, het oude havengebied, waar Bastia is ontstaan. De Place du Marché (waar er zondagmorgen markt is) moet je zeker doorwandelen naar de kerk St-Jean Baptiste (met twee klokkentorens) uit de 17de eeuw, de grootste kerk van het eiland. Via de kaaien stap je nu door de “Vieux Port” (’s avonds een aangenaam voetgangersgebied met cafeetjes en restaurants) naar het andere en nieuwere deel: Terra Nova. Anders dan de naam doet vermoeden is dit stadsdeel evenmin nieuw.
Centraal ligt de citadel die in de 15de en 16de eeuw gebouwd werd ten tijde van de heerschappij van de Genuezen. Let op de pastelkleur van de huizen in de omgeving van de citadel. Een alternatief traject van de Vieux Port naar de citadel loopt via trappen doorheen de Jardin Romieu. Vooral op drukkere dagen is het hier bijzonder aangenaam verpozen tussen het groen en heb je een mooi zicht over Bastia.
In het “Palais de Gouverneurs”, ook gekend als “Palais des Nobles Douze” woonden tussen de 15de en de 18de eeuw de gouverneurs uit Genua die de stad bestuurden. Vandaag huist er een museum over de stad en het eiland, met vooral aandacht voor geschiedenis, folklore, speelgoed en anderee voorwerpen uit de tijd van Napoleon, enz …
Even buiten de stad, in de richting van het vliegveld, ligt een lagune die bekend staat onder de naam “”Etang de Biguglia”. In dit natuurgebied van net geen twintig vierkante kilometer ligt het grootste natte gebied van het eiland, gevormd door de monding van de rivier Golo. Tal van vogelsoorten en ook moerasschildpadden vinden hier een thuis. Voor trekvogels is dit een ideale tussenstop op weg van en naar Afrika. Wandelpaden en fietstrajecten laten toe deze groene omgeving te verkennen.