Boekhoute
Boekhoute had vroeger een verbinding met de zee via de Braakman. Dit was een vissersdorp met een eigen vloot waarvan de schepen het kenmerk BOU droegen. Daarvan is de BOU-8 die op het kerkplein staat een levendige herinnering. Zelfs toen de verbinding met de zee definitief verbroken was (1952) lag deze Belgische vissersvloot BOU in de Nederlandse haven Terneuzen. Op het hoogtepunt van hun activiteiten telde de vloot zo'n 34 vissersschepen. Dit rijke verleden kan je nog zien in het Bezoekerscentrum van Boekhoute (1ste en 2de verdiep). Het is zeker de moeite om dit te bezoeken (gratis zonder gids). Open in het weekend van 15 juni tot eind september (10 tot 15u30).
Watervliet
Het meest opvallende gebouw van Watervliet is de Onze-Lieve-Vrouw Hemelvaartkerk uit het begin van de 16de eeuw. Niet te missen in het interieur zijn fraaie schilderijen uit de 16de en 17de eeuw. Het meest waardevolle is de triptiek die zich bevindt aan de rechterkant van het koor. Let ook op de koorbanken, een bidstoel en het doksaal, allemaal in hout en uit de 17de eeuw.
Sint-Margriete
Dit dorp had een kasteel maar door een overstroming is dit volledig verwoest geweest. De kerk die je nu te zien krijgt dateert uit de 19de eeuw. Daarvoor waren er meerdere kerken verzwolgen door de verwoestende zee. Rond de kreken kan je tienpalen zien die de grenzen aanduiden van de toenmalige eigenaars aan wie een belasting van 10% moest betaald worden.
Bentille
Bentille was ooit alleen maar een wat hoger gelegen zandheuvel. Er kwam bewoning doordat mensen uit de buurt hier naar hier vluchtten om te ontsnappen aan het aanzwellende water dat hun huizen en stallen vernietigde. Eerst bouwden de vluchtelingen er een kapel, in 1785 kwam de Sint-Eligiuskerk in plaats daarvan. Direct links aan de kerk zal je een beeldengroepje zien van Reynaert de Vos.
Sint-Jan-in-Eremo
Het zicht op de Sint-Jan-de-Doperkerk en omgeving in Sint-Jan-in-Eremo lijkt zo van een wat oudere postkaart gekopieerd. In het jaar 994, toen Sin-Jan-in-Eremo nog Sint-Jansdorp heette, stond hier al een kerk. Enkele eeuwen later werd ze vervangen door een groter en steviger gebouw, maar dat werd in 1376 weg gespoeld door een allesvernietigende vloed van zeewater, dat de streek decennialang bedekte. Op het terrasje van “Polderzicht” kun je het helemaal opnemen en tegelijkertijd kijken naar enkele slachtoffers van de vos Reynaert, zoals getoond in het beeld “Pinte en Sproete” tegenover de kerk.
Waterland-Oudeman
De naam van Waterland-Oudeman vertelt iets over de geschiedenis van het dorpje: omdat het water hier jarenlang bleef staan na de stormvloed konden de gevluchte bewoners geen betere naam bedenken dan “waterland”, de strook grond die zowel de zee als het land toebehoorde. Centraal in het dorpje staat de Sint-Niklaaskerk, vooral bekend omwille van zijn interieur met stucwerk uit de periode van de laatrococo.
Sint-Laureins
De Sint-Laurentiuskerk heeft een geschiedenis die terug gaat tot in de 16de eeuw, maar allerhande verbouwingen wijzigden het oorspronkelijke uitzicht. Binnen lijkt vooral de barokstijl te overheersen. Bewonder het houtsnijwerk van het koorgestoelte en van de altaren, allemaal uit de 17de eeuw. Belangrijk is ook het schilderij “De kroning van Maria” van de hand van Gaspar de Crayer, die in nogal wat kerken vertegenwoordigd is met zijn werk.
Via de parking van het Gemeentehuis en vanuit de Leemweg kun je het Godshuis bereiken, ongetwijfeld het prachtigste gebouw in het centrum van Sint-Laureins. In dit grote gebouw uit de eerste helft van de 19de eeuw waren aanvankelijk wezen, ouderen en zieken gehuisvest. Het complex werd bedacht door kanunnik Andries (die van het kanaal) en betaald door de steenrijke en godsvruchtige juffrouw Antonia Van Damme. Vandaag is er een ander publiek te gast in het Godshuis, het is immers verbouwd tot een combinatie van hotel, feest- en vergaderzalen. Meer info: www.godshuis.be.