Paviljoen De Notelaer
Zoals je reeds kan vermoeden maakte dit gebouw deel uit van het kasteeldomein van de familie d'Ursel. Vanuit het ronde salon in het paviljoen heb je een prachtig zicht over de Schelde. Het veer waar je straks langs wandelt lag in de 18de eeuw op deze locatie, naast opvallende notelaars. Meteen begrijp je al waar de naam 'De Notelaer' vandaan komt. Er was naast het veer ook een haventje voor binnenschepen. Omdat dit zo'n prachtige locatie is liet een hertog van de familie d'Ursel hier dit paviljoen bouwen op het einde van de 18de eeuw. Het is een mooi voorbeeld van de architectuur in de Zuidelijke Nederlanden uit die periode.
De onderste verdiepingen werden verhuurd aan de schippersfamilie die het veer bediende. Zij hadden er ook een herberg, nu is daar een brasserie in gehuisvest. De hertogelijke familie gebruikte alleen de bovenste verdieping om hun gasten uit te nodigen. De periode voor de Tweede Wereldoorlog was een keerpunt. Het veer verloor aan populariteit, de herberg ging dicht, de schippers vertrokken, de oorlog brak uit en de familie d'Ursel gebruikte het paviljoen niet meer. Het kwam stilaan in verval, mede door een grote overstroming.
In de jaren '60 gebeurt een eerste restauratie en verandert het gebouw meermaals van eigenaar. In 1983 komt het in handen van de Vlaamse overheid en tenslotte staat Herita in voor het beheer en onderhoud van dit prachtige gebouw. Als bezoeker ga je op ontdekking met een audiogids. Zo mis je niets van de prachtige afwerking van dit unieke gebouw. Het meest opvallend zijn de bas-reliëfs aan de buitenzijde, de koepel, de plafondschilderingen en de parketvloer in het salon.
Dijkgravin
Dit beeld is ontworpen door de kunstenares Mariette Coppens (°1931). Het is gemaakt uit kunststof en stelt het personage 'Dijkgravin' voor uit een roman van de Vlaamse schrijfster Marie Gevers (1883-1975). Alhoewel ze in Edegem woonde, schreef ze in het Frans. Het originele werk droeg de titel 'La comtesse des digues'. De 'Dijkgravin' is een jong en levendig meisje dat na de dood van haar vader zijn taak van dijkgraaf overnam. Een typische job voor mannen die ze met succes uitvoerde. Ze had keuzes te maken in haar liefdesleven maar de Schelde was haar nog dierbaarder. Er gebeurden bovenaardse dingen tussen haar en die machtige rivier. Dus onderwerpen genoeg voor een boeiend verhaal.
Havesdonckhoeve, een oude boerderij in Klein-Brabant
In deze hoeve is een klein museum met oud landbouwgereedschap en huisraad uit lang vervlogen tijden. Het museum is opgebouwd en onderhouden door vrijwilligers die er hun ziel insteken om het levendig te houden. De eerste zondag na 15 augustus zijn er hier hoevefeesten en kan men volop inleven in de sfeer van meer dan honderd jaar geleden.
Naast de ingang van de hoeve staat het beeld van 'Donatius Kwik', een boerenzoon uit het boek 'Het Goudland' van Hendrik Conscience. Hij schreef dit werk in 1862 en behoort tot de top 5 van zijn uitgegeven werken. Het werd in meerdere talen vertaald en verfilmd door Hugo Claus. Het gaat over jonge Vlaamse mannen die naar Amerika trekken op zoek naar goud. Uiteraard maken ze daar allerlei, soms komische, avonturen mee. Daarom staat Donatius Kwik afgebeeld met een schop.
De Zaaier
Dit is een beeld van Jan Mees (°1931), afkomstig van Lier maar met een grote voorliefde voor deze regio. Hij genoot een artistieke opleiding in Mechelen en vervolmaakte zich in de marmerateliers van Carrara. Dit beeld is hier geplaatst naar aanleiding van het honderdjarig bestaan van de lokale Landelijke Gilde.