Dublin Castle
“Dublin Castle” (nabij Dame Street, niet ver van Christ Church Cathedral) werd in de 13de eeuw gebouwd door de Anglo-Normandiërs toen die Ierland bezetten. Van het oorspronkelijke gebouw blijft niet echt veel meer over. Alleen de “Record Tower” dateert nog uit de beginperiode, maar ook die werd herhaaldelijk verbouwd. Vooral de aankleding van de zalen, appartementen en salons wekt de interesse van bezoekers. In de bibliotheek valt een rijke collectie te bewonderen met onder andere manuscripten, vroege drukwerken, iconen, miniaturen en andere kunstvoorwerpen.
Bank of Ireland
Het gebouw waarin vandaag de “Bank of Ireland” gehuisvest is, was ooit het eerste parlementsgebouw in Europa dat speciaal daarvoor werd ontworpen. De bouwwerken werden beëindigd in 1739, maar reeds in 1792 verwoestte een brand de belangrijke vergaderzaal van het Lagerhuis. Het Hogerhuis bleef wel bewaard en is ook vandaag nog te bezichtigen. De gidsen zullen je zeker wijzen op de grote kroonluchter uit 1788 die maar liefst 1233 stukjes telt. Een andere belangrijke attractie zijn de enorme wandtapijten, waarvan er een Willem van Oranje toont tijdens de Slag bij de Boyne. Toen in 1800 het Ierse Parlement ontbonden werd en Ierland geannexeerd werd door Engeland kocht de “Bank of Ireland” het gebouw.
Verlaat je dit gebouw langs College Green en je stapt dan links in Suffolk Street, dan volstaat het steeds rechtdoor te stappen om Merrion Square te bereiken, onbetwist een van de mooiste pleinen van Dublin.
Merrion Square
Het 5 hectare grootte Merrion Square is een mooi plein omgeven door een resem fraaie gebouwen. Meest opvallend is wellicht het “National History Museum” met aan dezelfde zijde ook nog de “National Gallery”. Mooier nog is het aan de andere zijden van het plein, met ganse reeksen huizen in de 18de eeuwse stijl genoemd naar King George. Tal van vooraanstaande Ieren hebben er gewoond: G.B. Shaw, W.B. Yaets, O. Wilde, …Een van de beelden stelt de treurende Eriu voor, een Keltische krijgsgodin met een harp onder de arm. De fontein op het plein was ooit voorbehouden aan de armen van de stad.
Stap je van de “Bank of Ireland” in de andere richting, naar de rivier Liffey dan beland je bij de “Ha’penny Bridge”, ongetwijfeld de charmantste brug van de stad.
Ha’penny Bridge
Het laat zich makkelijk raden waar de naam van de “Ha’penny Bridge” vandaan komt: ooit bedroeg de tol op deze voetgangersbrug over de Liffey een halve penny. Toen de brug in 1816 in gebruik werd genomen droeg ze nog de naam van Wellington, maar later werd dat veranderd in “Liffey Bridge” en dat is tot op vandaag de officiële naam (die nauwelijks iemand gebruikt). De fraaie gietijzeren brug met haar leuke lantaarns is een van de meest gefotografeerde beelden van de stad.
Waterliefhebbers moeten zeker eens “Waterway Visitors’ Centre” bezoeken. Hier kunt u terecht voor tentoonstellingen over de Ierse waterwegen. Meer info: www.waterwaysirelandvistorcentre.org